Een combiwagen is een geweldige oplossing, maar als je kindje baby-af is en niet zo vaak meer in de wagen hoeft, zoals in ons geval, kun je misschien aan een buggy gaan denken. Of gewoon als je om ruimte verlegen zit. Op vakantie mochten we een buggy van mijn schoonouders lenen en dat beviel niet slecht. Je gooit het ding zo achterin de auto en het is handig als back-up. Ook een meevaller: onze dochter zelf was heel enthousiast en kon niet wachten om weer in de ‘boebie’ te stappen. Maar welke moet je kopen? Het blijkt in ieder geval geen ding dat je gedachteloos samen met de luiers op de toonbank legt. Welkom in de wondere wereld van buggy’s.
In de auto en op de trap
De belangrijkste argumenten voor het kopen van een buggy zijn het lage gewicht en de compacte afmetingen. Het hangt natuurlijk een beetje van het model af – ze zijn niet allemaal vederlicht – maar een buggy til je makkelijker je auto in of een stel trappen op. Het is ook handig om hem makkelijk even te kunnen dragen als je tijdens de wandeling een onneembaar obstakel of een wat al te ruig pad tegenkomt.
Insnoeren
En hij pást ook beter in die auto; of in een hoek van de gang, garage, of waar je hem ook stalt. Hij is daarom ook fijn om mee op reis te nemen, ook in het vliegtuig; ideaal: je mag de buggy meenemen tot aan de gate en hij valt niet onder handbagage. Wij zijn nog niet met het vliegtuig geweest met onze peuter maar ik heb al verschillende keren met de gedachte gespeeld. En dan is het toch wel een voordeel als je het kind even kunt ‘insnoeren’ als je in de rij staat bij het inchecken of de paspoortcontrole.
Tenslotte kun je (sommige) buggy’s vanwege hun kleine formaat zelfs aan je fiets bevestigen, met behulp van speciale buggydragers. Probeer dat maar eens met een combiwagen.
Blame it on the buggy
Er zijn ook argumenten te bedenken waarom je géén buggy zou moeten kopen. Meestal gaan de klachten over het rijcomfort - dat minder is dan van een gemiddelde kinderwagen - en een gebrekkige zit- of ligpositie. Het goede nieuws is dat er buggy’s zijn die deze nadelen nauwelijks hebben. Je moet gewoon voldoende vooronderzoek doen. Bedenk hoe en wanneer je de buggy gaat gebruiken en stel aan de hand daarvan je eisen samen. Je kunt het zo comfortabel en uitgebreid maken als je wilt. Dit zie je ook terug in de prijs. Je hebt (nieuwe) buggy’s voor maar 25 euro, maar je kunt ook los gaan met de crème de la crème voor zo’n 700 euro!
Aandachtspunten
Wil je een kleine, handzame buggy voor ‘noodgevallen’ of korte eindjes? Dan kun je prima gaan voor zo’n handig, licht ding, zonder toeters, bellen of allerlei ergonomische eigenschappen. Wil je echter lange stukken lopen, op onverharde of ondergrond – wij maken zelf regelmatig een boswandeling – en is het ook nog belangrijk dat je kleine spruit nog even een uiltje kan knappen? Kies dan onder andere voor:
De zithouding moet natuurlijk prettig zijn bij lange stukken. Je kind moet hierbij voldoende steun en ruimte hebben. Maar als je wilt dat je kind ook nog goed kan slapen, zorg dan dat de buggy een rugleuning heeft die (vrijwel) plat achterover kan.
Er zijn er nog niet veel van en vaak is het een combinatie van (hardere) kunststof wieltjes vóór en luchtbanden achter, maar het is de moeite van het zoeken waard. Je krijgt niet exact hetzelfde comfort als van een kinderwagen maar luchtbanden maken het duwen veel makkelijker op ongelijke of zanderige wegen en zorgen ervoor dat je kindje niet alle kanten op stuitert als je over een steentje rijdt.
Ook het volgende is erg nuttig:
Ik werd eens overvallen door de regen toen ik met een buggy ging wandelen. Onze dochter werd veel natter dan in onze kinderwagen, omdat ze in de buggy veel meer blootgesteld was aan de buitenlucht. Een regenhoes biedt dan uitkomst.
Vrij standaard op een kinderwagen, maar het zit niet op alle buggy’s: een zonnekap. Toch wel prettig als je tegen de zon inloopt en je wilt niet dat je kindje de hele tijd met zijn ogen moet knijpen of de andere kant op moet kijken.
Succes met zoeken en let’s buggy!