Wist je dat er wel vijf soorten zonwering bestaan? Nu we ons appartement sinds kort hebben ingeruild voor een twee-onder-een-kapwoning zijn dat feitjes waar ik noodgedwongen mee te maken krijg. Onze voortuin ligt op het zuiden, wat betekent dat er zo’n beetje de hele middag zon door de ramen valt. De afgelopen weken hebben we onze gordijnen vaak dicht gehad, in een poging de zinderende warmte buiten te houden. En tja, dat staat natuurlijk niet zo gastvrij. Er moet dus een zonnescherm komen. Maar waar te beginnen?
Screens: de keuze voor kantoren
Een rondje langs de digitale velden riep in eerste instantie meer vragen op dan dat er antwoorden kwamen. Ging mijn afweging in eerste instantie tussen een standaard uitvalscherm en een markies (zo’n klassiek gestreept ding, je kent ze wel); na een uurtje op Marktplaats blijkt dat zonneschermen in veel meer gedaantes verschijnen, zoals daar zijn: knikarmschermen (die met hun lengte een heel terras kunnen overdekken), screens (zonwering die de ramen geheel afdekt, veel gebruikt in kantoren) en shutters (een soort houten luxaflex die op de raamkozijnen wordt gemonteerd, en ook als gordijnen kunnen dienen).
Voordelig of sjiek?
De grote prijsverschillen zijn overigens wel een prima manier om een eerste schifting te maken. Uitvalschermen zijn het goedkoopst, knikarmschermen en markiezen zijn het duurst. Bovendien moet de stijl van de zonwering ook een beetje bij je huis passen. Markiezen staan wat pretentieus op een stacaravan; maar een Gooische villa met een uitvalscherm is ook geen gezicht. Wij hebben er overigens nog een uitdaging bij: onze voorgevel bestaat uit een hoekraam en een erker. Zou zo’n markies al leuk staan boven het hoekraam, boven een vierkante gevel staat hij dat zeker niet…
Misschien moet ik maar gewoon hopen dat de zon voorlopig wegblijft. Dan heb ik komende winter rustig de tijd om deze puzzel op te lossen.